Eén premie voor alle renovaties

De bestaande verbouwingspremies van de Vlaamse overheid smelten samen in een overkoepelende renovatiepremie. Die kan vanaf 1 februari worden aangevraagd.

 

Als u de elektrische of sanitaire installatie in uw huis wilt vernieuwen, komt u op dit moment zowel in aanmerking voor de Vlaamse renovatiepremie als voor de verbeterings- en aanpassingspremie. De jongste jaren kwam er steeds meer overlap tussen beide premies, maar ze hadden elk hun eigen accenten en voorwaarden. Om die complexiteit weg te werken, worden beide premies geïntegreerd in een overkoepelende renovatiepremie.
De bestaande aanpassingspremie, die zich specifiek richt op welomschreven woonaanpassingen voor 65-plussers, blijft wel nog als aparte premie bestaan.

Aan welke voorwaarden moet u voldoen om de nieuwe premie te kunnen aanvragen?

 

Woning van 30 jaar

De overkoepelende renovatiepremie is er voor wie een woning van minstens 30 jaar wil renoveren of een bestaand gebouw wil omvormen tot een woning. Ze kan aangevraagd worden voor vier types van werken:

  • Ruwbouw: werken aan de funderingen, muren, draagvloeren en trappen.
  • Buitenschrijnwerk: werken aan ramen en buitendeuren, die voldoen aan de opgelegde ventilatievoorzieningen.
  • Dakwerken: werken aan het dakgebinte, de dakbedekking, goten en afvoer.
  • Technische installaties: werken aan de elektrische installatie, de sanitaire installatie in de badkamer en het toilet en de centrale verwarming.

Voor elke categorie kunt u een premie vragen als u minstens 2.500 euro kosten hebt gemaakt, exclusief btw. Dat kunnen facturen van aannemers met de kosten voor materialen en werkuren zijn. Doe-het-zelvers kunnen facturen van aangekochte materialen voorleggen.

 

Een beperkt inkomen

De premie is er in de eerste plaats voor wie zijn gezinswoning wil renoveren. Om in aanmerking te komen moet u aan eigendoms- en inkomensvoorwaarden voldoen.

Op de aanvraagdatum mag u geen andere woning in volle eigendom bezitten. ‘Met woningen waarvan men alleen het vruchtgebruik of de blote eigendom bezit of met woningen in mede-eigendom wordt geen rekening gehouden’, zegt Johan Vanberghen van het Agentschap Wonen-Vlaanderen.

De premie is er ook voor eigenaars die hun woning voor minstens negen jaar verhuren via een sociaal verhuurkantoor. Voor hen gelden geen inkomens- of eigendomsvoorwaarden.

Meer info omtrent de voorwaarden kan je vinden op:
https://www.vlaanderen.be/nl/bouwen-wonen-en-energie/bouwen-en-verbouwen/vlaamse-renovatiepremie 

Bedrag van de premie

De premie wordt berekend per categorie van werken. Ze bedraagt 20 procent van de factuur, exclusief btw, met een maximum van 2.500 euro per categorie. Voor gezinnen met een laag inkomen en verhuurders via een sociaal verhuurkantoor zijn de voorwaarden gunstiger: de subsidie bedraagt 30 procent van het factuurbedrag, met een maximum van 3.333 euro per categorie.

De premie blijft altijd beperkt tot 10.000 euro. ‘Mensen met een laag inkomen en verhuurders via een sociaal verhuurkantoor kunnen dat maximum dus bereiken met drie categorieën van werken’, legt Vanberghen uit. 

Aanvraag

De premie kan pas aangevraagd worden als de werken volledig uitgevoerd en gefactureerd zijn. Wie een premie aanvraagt voor zijn gezinswoning moet bovendien al op het adres wonen. Op het moment van de aanvraag mag de factuur maximaal twee jaar oud zijn. ‘Wie de overkoepelende premie wil benutten, kan dus facturen van de jongste twee jaar indienen’, zegt Vanberghen.

De aanvraag mag worden gespreid over maximaal twee aanvraagdossiers. Voor elke categorie van werken kunt u over een periode van tien jaar maar één keer een premie aanvragen.

Eigenaars die aanspraak maken op een premie van 20 procent kunnen per aanvraag maximaal twee categorieën van werken indienen. Een tweede aanvraag kan ten vroegste één jaar na de eerste en moet binnen de twee jaar erna ingediend zijn.

U vindt het aanvraagformulier in de loop van volgende week op de websites wonenvlaanderen.be en premiezoeker.be of bij het Agentschap Wonen-Vlaanderen in uw provincie. Voor aanvragen die worden ingediend in 2019 bedraagt de maximale behandelingstermijn twaalf maanden, daarna wordt die acht maanden.

 

Combinatie met eerdere premies voor dezelfde woning

Verbouwing

Hebt u in het verleden al een verbeterings- of renovatiepremie ontvangen voor de woning waar u nog steeds woont? Of u de nieuwe renovatiepremie kan aanvragen, hangt af van het type premie dat u in het verleden kreeg.

Renovatiepremie 2007

Die kon tot 31 januari 2016 aangevraagd worden. Op de briefwisseling vindt u een dossiernummer dat begon met ‘60/’. Pas tien jaar later kunt u een nieuwe premie aanvragen.

Renovatiepremie 2015

Deze premie liep tussen 1 december 2015 en 31 januari 2019 en heeft een dossiernummer dat begint met ‘61/’. Als het een eerste aanvraag was, kunt u tot twee jaar na de eerste aanvraagdatum een tweede aanvraag indienen voor maximaal twee andere categorieën van verbouwingswerken. Dateert de eerste al van langer geleden of ging het om een tweede, dan kan een nieuwe aanvraag pas tien jaar na de eerste aanvraagdatum.

Verbeterings- en aanpassingspremie

Die herkent u aan een dossiernummer dat start met ‘50/’. U kunt nog altijd een renovatiepremie aanvragen. Voor verbouwingswerken van dezelfde categorie wordt de eerder ontvangen verbeteringspremie afgetrokken van het bedrag van de renovatiepremie. 

Combinatie met een eerdere premie voor een andere woning

Bent u de voorbije tien jaar verhuisd en hebt u voor de verbouwing van een vorige woning een renovatiepremie ontvangen? Een nieuwe aanvraag kan pas tien jaar na de vorige aanvraag.

Er is wel een regeling uitwerkt voor medebewoners die geen zakelijk recht hebben op de woning. Een klassiek voorbeeld zijn feitelijke samenwoners waarbij één partner eigenaar is van de woning. Als de andere partner vertrekt en later voor een andere woonst een renovatiepremie wil aanvragen, kan die dat.

De premie is altijd gekoppeld aan een gezin en niet aan een woning. Als de woning dan verkocht wordt, kan het nieuwe gezin nog een premie krijgen, ook al vroegen de vorige bewoners er al een aan.

 

Bron: De tijd